Wat is hypnose
Het woord hypnose komt uit het Grieks ὑπνος hupnos, slaap. Het is een kunstmatig opgewekte trance, gekenmerkt door verhoogde vatbaarheid voor suggestie. Het wordt uitgevoerd door opgeleide hypnotiseurs, die een speciale procedure volgen om de geest van de behandelde persoon in een tranceachtige toestand te brengen.
Het is een kunstmatig gecreëerde staat van bewustzijn waarin men ontspannen is en geconcentreerd op een bepaald onderwerp. Geregistreerde patronen van hersengolven tonen aan dat iemand onder hypnose zich in een toestand tussen waken en slapen bevindt.
Hoewel de wetenschappelijke geschiedenis van het hypnotiseren pas aanvangt met Franz Mesmer in de 18e eeuw werd de techniek reeds lang daarvoor toegepast door tovenaars en genezers.
Hypnose of zelfhypnose
Sommige mensen zijn van mening dat er slechts één soort is: zelfhypnose.
Zelfs onder begeleiding van een hypnotiseur is het de cliënt zelf die toestaat dat de trance ontwikkelt en laat bestaan.
Dus iedere vorm van hypnotiseren begint toch eigenlijk in de eerste plaats steeds bij de gehypnotiseerde zelf. Maar aangezien suggesties van anderen dit kunnen teweegbrengen laat men zich dan eigenlijk begeleiden in de zelfhypnose. Zonder aandacht te schenken aan een vreemde suggestie zal geen hypnose intreden.
Twee soorten hypnose
- Zelfhypnose, waarbij men zichzelf in de hypnotische toestand brengt, ook autosuggestie genoemd.
- Hypnose waarbij een hypnotiseur de hypnotische toestand tot stand brengt.
Er zijn verschillende stadia van hypnose, van licht zoals een lichte roes tot een zeer zware hypnotische toestand met een totaal verlies van (zelf)bewustzijn en waarbij zelfs een blokkade van zintuiglijke en pijnprikkels kan optreden. Een lichte hypnotische toestand kan vergeleken worden met een situatie waarin men alles om zich heen even vergeet, zoals het diep verzonken zitten in een boek of het kijken naar een spannende film waar men helemaal in opgaat.
De hypnotiseur dient integer te zijn en vertrouwen en gezag uit te stralen. Het is voor een diepere hypnose noodzakelijk dat de gehypnotiseerde zijn zelfcontrole en verantwoordelijkheid tot een bepaald niveau overdraagt aan de hypnotiseur. Op die manier kan de gehypnotiseerde een voldoende hogere vernauwing (concentratie) van zijn bewustzijn verkrijgen. Hij maakt als het ware zijn geest los van allerlei standaard processen en verwacht dat deze overgenomen worden door de hypnotiseur.
Hoe kan hypnose helpen?
Hypnotiseren is zelf geen therapie, maar wel een hulpmiddel om therapeutische doelen te bereiken. Hypnose wordt o.a. in de hypnotherapie en regressietherapie toegepast. De werkzaamheid ervan is wetenschappelijk goed onderbouwd. Vooral met behulp van MRI-scans en Elektro-encefalografie (EEG) zijn hersenfysiologische correlaties van trancetoestanden duidelijk aangetoond. Al door enkele hypnose-zittingen kunnen duidelijke veranderingen worden vastgesteld. Mede daarom worden hypnose en aanverwante technieken wereldwijd meer en meer gebruikt in verschillende vormen van psychotherapie.